Twentsche Courant Tubantia, maandag 16 februari 2004

De voorzitter van de AGOG-Overijssel (Anonieme Gokkers en Omgeving Gokkers) is bezig met een kleine voorlichtingscampagne voor Almelose gemeenteraadsleden. Hij wijst ze op de risico’s van een amusementshal met speel- en gokautomaten, nu er in Almelo een plan is voor de vestiging van zo’n hal.

Verleden week is de AGOG- voorzitter een avondje op bezoek geweest bij raadsleden van de VVD, D66 en Leefbaar Almelo die in principe wel voelen voor zo’n hal in Almelo. Volgende week gaat hij op bezoek bij vertegenwoordigers van het CDA en de ChristenUnie.

VVD en D66 hebben eerder al aangekondigd dat ze met een voorstel willen komen dat de vestiging van een amusementshal in Almelo mogelijk moet maken. De Almeloër J. Schepers wil, zoals eerder gemeld, daarin fiks investeren.

VVD-raadslid H. Sijgers is een groot voorstander van zo’n hal, niet alleen vanwege de recreatieve waarde daarvan op zich, maar ook omdat zo’n hal een ‘aanzuigende werking’ kan hebben voor andere recreatieve voorzieningen.

Gevolgen

De AGOG-voorzitter heeft Sijgers en de andere raadsleden die er vorige week bij waren, gewezen op de negatieve gevolgen die zo’n hal volgens de organisatie van Anonieme Gokkers zeker zal hebben. Volgens de AGOG zal het aantal gokverslaafden in de stad er zeker door stijgen.

Meting

De moeilijkheid is wel, erkent de voorzitter, dat het niet echt te bewijzen valt. ‘Je kunt het alleen bewijzen door voorafgaand aan de vestiging van zo’n hal een soort nulmeting te houden die duidelijk maakt hoeveel gokverslaafden er op dat moment zijn. Dan zou je na een paar jaar weer een meting moeten doen om te zien hoeveel gokverslaafden er dan zijn.’

Uit landelijke cijfers is geen eenduidig bewijs te halen dat een amusementshal per definitie tot een toename van het aantal gokverslaafden leidt.

In 2002 heeft het onderzoeksbureau B&A het rapport ‘Gokverslaving in relatie tot speelautomaten’ uitgebracht. Daarin zijn tien middelgrote steden onderzocht, een aantal mèt en een aantal zonder amusementshal. Zoetermeer bijvoorbeeld, een stad met een amusementshal, had in het jaar 2000 per 10.000 inwoners 13 ‘geregistreerde’ gokverslaafden, terwijl Ede - geen amusementshal - er per 10.000 inwoners 24 had.

In het rapport wordt als mogelijke verklaring gegeven dat in Zoetermeer een ‘effectief preventief beleid’ wordt gevoerd om gokverslaving te signaleren en te voorkomen.

Toch moeten, aldus het rapoort, de effecten van een amusementshal niet onderschat worden. ‘Een zesde van de regelmatige bezoekers van amusementshallen besteedt 25 procent of meer van hun inkomsten aan de fruitkast’, zo staat in het rapport. Op grond daarvan werd geschat (in 2002) dat er Nederland circa 70.000 problematische gokkers waren (ter vergelijking: in dat jaar waren er in Nederland circa 820.000 ‘probleemdrinkers’).

Al met al zijn het gegevens die de AGOG-voorzitter Overijssel niet doen juichen nu in Almelo de vestiging van een amusementshal dichterbij lijkt te komen.

Met uitzondering van de ChristenUnie zijn de kleine fracties in de gemeenteraad vóór de vestiging van zo’n hal. Van de grotere fracties is de VVD vóór, en zijn de PvdA en het CDA verdeeld.